Buurvrouw

Ayfer Koç 13 oktober 2024, 15:14
Hoe zou ze eraan toe zijn? Met die kwellende vraag loop ik door de roomwitte en serene gangen van het ziekenhuis naar haar kamer. Mijn ogen zoeken naar haar bed, maar vinden het leeg. Ze zit ineengekrompen en voorovergebogen, met neergeslagen ogen op een stoel. Het is niet duidelijk of ze slaapt of naar de grond tuurt. Alle energie lijkt uit haar te zijn verdwenen.

‘Hallo buurvrouw, hoe gaat het met je?’, vraag ik haar. Ze tilt haar hoofd langzaam omhoog en zegt zachtjes en wat afwezig: ‘Hallo’. Ik voel even een schok als door mijn hoofd schiet: ‘Herkent ze mij wel?’ Haar reactie is niet die van de enthousiaste en opgewekte buurvrouw zoals ik haar ken.

De charmante en lieve buurvrouw was al langer ziek. Van een andere buurvrouw kregen we te horen dat ze was opgenomen in het ziekenhuis, dat het niet goed ging met haar en ze binnen een paar dagen naar het hospice zou gaan.

Ik hoorde dit verdrietige bericht in de tijd dat allerlei sollicitatiegesprekken, vergaderingen, financiële analyses en ander werk mijn tijd opslokten. Het bericht maalde continu door mijn hoofd en knaagde aan mij: ik moest haar zien en spreken want op dit soort verdrietige momenten ben je er voor de ander. Anders zou ik eeuwig spijt hebben.

Wat ging er door haar heen toen ik bij haar was, vroeg ik me af. Wat weet ze wel en wat niet over haar gezondheidstoestand? Die vragen stelde ik haar niet, maar ik vroeg haar wel hoe ze zich voelde en hoe de verzorging was. Ik vertelde haar hoe we samen naar de synagoge in Haaksbergen gingen, waar ik een lezing mocht houden over het door haar geschreven kookboek met Joodse gerechten, over lekker eten en over onze buurt. Gelukkig kon ze zich dit allemaal herinneren en verscheen er langzaam meer kleur en leven op haar gezicht.

Elke keer als ik vanuit mijn werkplek thuis naar buiten kijk dan zie ik haar huis zielloos staan. Zou ze ooit terugkomen? Zou ik ooit nog bij haar koffie drinken of zij bij mij? Zou ik haar nog een keer Turks eten brengen? Hoe zou het nu met haar gaan? Helaas kan ik haar niet bellen of appen want dat kan ze niet meer. Ik app de andere buurvrouw hoe het met haar gaat en of we haar de volgende dag kunnen bezoeken in het hospice. Dat kan gelukkig.

In haar kamer in het hospice ziet ze er gelukkig beter uit dan een dag ervoor. Ze is blij dat we bij haar zijn en herhaalt dat eindeloos. Ze vergeet even de situatie waarin ze zich bevindt en geniet van het moment.

Als dan weer de zoveelste mediastorm om ons heen opsteekt, denk ik aan mijn lieve buurvrouw, die ik langzaam aan het verliezen ben. En dan voel ik dat deze betekenisloze storm langzaam weer gaat liggen.