Ben Siemerink, hoofdredacteur TKKR

En nu rap een beetje met die windmolens…

2 april 2022, 17:11
In wollige bestuurderstaal klonk de oekaze vanuit Zwolle nog niet echt dreigend. In een brief aan de (Twentse) gemeenten lieten Gedeputeerde Staten weten dat er ‘op enig moment waar nodig moet worden geschakeld van stimuleren en ondersteunen naar inzet van ons ruimtelijke instrumentarium om windinitiatieven mogelijk te maken’. In gewone-mensen-taal kwam deze boodschap, die we wisten dat’ie zou komen, op het volgende neer: Als jullie het er nou niet heel rap over eens worden waar de windmolens moeten komen, dan zeggen wij wel in welke achtertuin ze worden neergezet.

De tijd begint te dringen om echt werk te maken van de energietransitie. Zeker, nu we ook nog eens zo snel als maar enigszins mogelijk van Russisch gas af moeten. Wat in de praktijk nog helemaal niet zo gemakkelijk blijkt, maar dit geheel terzijde. De Provincie maakt zich intussen grote zorgen dat de doelstellingen, waaraan gemeenten zich ook hebben gecommitteerd, niet worden gehaald. Bij lange na niet worden gehaald. In cijfers: In 2030 moet in Overijssel 2,0 terawattuur (tWh) aan windenergie worden geproduceerd. De Provincie heeft nu berekend dat we - op basis van de plannen – in 2030 niet verder komen dan 0,3 tWh. Vertaald naar Twente zijn de cijfers veelzeggend. Op basis van toezeggingen zou in deze regio in 2030 0,9 tWh aan windenergie geproduceerd moeten worden (60 procent van het totaal aan 1,5 tWh zon- én windenergie). En hoeveel daarvan is op dit moment in Twente (op papier, hè) gerealiseerd? Nul (0)! Niks, nada, niente. Geen enkele windmolen, nul tWh.

Dat komt omdat een deel van de 14 Twentse gemeenten – alle plechtige beloften over de doelstellingen die gehaald moeten worden ten spijt – de keutel weer in trekt. Wat formeler geformuleerd: gemeenten slagen er niet in ‘zoekgebieden’ aan te wijzen voor windmolens, of weigeren botweg windmolens binnen de gemeentegrenzen toe te staan. Al dan niet op basis van protesten ‘uit de samenleving’.

En zo gebeurt precies wat Louis Koopman, voorzitter van de Regionale Energie Strategie (RES), in een interview in de papieren TKKR in november vorig jaar al voorzag. Hij zei toen dat het in dit stadium van de energietransitie van het grootste belang is dat politici en bestuurders hun rug recht houden. ‘We hebben iets met elkaar afgesproken. Nu gaan we die handtekeningen van jullie omzetten in actie. Als die handtekening niks waard blijkt, dan ben jij als handtekeningenzetter ook niks waard. (…) Bestuurders willen graag terugkomen op afspraken. Ja, ik heb dat wel gezegd in de tijdgeest van toen, maar nu bedoel ik wat anders. Ja, m’n neus!’

Klip en klare taal, zeker voor een lokaal bestuurder (Koopman was op dat moment wethouder in Haaksbergen). Koopman heeft er ook nooit een misverstand over laten bestaan dat de Provincie met een ‘aanwijzing’ zou komen, mochten gemeenten terugkomen op hun commitment over de doelstellingen. Voor een goed begrip, RES-voorzitter Koopman deed deze uitspraken in november vorig jaar, dus ruim vier maanden voor de gemeenteraadsverkiezingen. Toen zei hij daarover: ‘Het is onvoorspelbaar hoe we hier uitkomen met z’n allen. Wie heeft wel lef, wie heeft geen lef.’

Welaan, de gemeenteraadsverkiezingen zijn achter de rug, dus als de coalities zijn gesmeed, zal snel duidelijk worden welke gemeenten de rug recht houden. En of in het verleden gedane toezeggingen een garantie bieden voor de toekomst. Bij wijze van geheugensteuntje voor de vers ge- en herkozen lokale politici en bestuurders nog een citaat uit het TKKR-interview met de RES-voorzitter. 'Als ‘k 60 keer een plek benoem waar iets moet komen en mensen daarvoor probeer warm te krijgen, dan krijg ik 58 keer het deksel op de neus. En toch zal het moeten gebeuren. Linksom of rechtsom.’

Ben Siemerink